In de schaduw van 'verwarde cavia' zat 'van het padje'. Ze had hier maanden geleden haar toevlucht gezocht in de hoop van cavia te leren. Ze was een groot bewonderaar van haar columns in NRCHandelsblad en hoopte iets van de relativering en het vermogen tot zelfspot van cavia af te kijken. Ze dacht dat ze met deze vermogens het leven weer wat beter aan zou kunnen. Van het duister naar het licht was tot nu toe een te grote stap gebleken. Zo in het halfduister was het wel aangenaam toeven. Op de bodem van de put, omringd door een allesoverheersend zwart zat ze gelukkig al bijna tien jaar niet meer.
Schone prinses
Pad was niet altijd een pad geweest. Als je haar nu zou kussen zou er niet meteen een 'schone prinses' opstaan maar beter dan nu zou ze er zeker uitzien. Pad was pad geworden door tijdens de grote paddentrek van 2005 in de hectiek en chaos op een zijspoor te belanden. Ze had nooit gedacht dat haar dat zou overkomen. Ze was iemand die altijd maar doorging, dacht veel aan te kunnen en veel ballen tegelijk in de lucht hield. Dat was hoogmoedig gebleken, althans zo dacht pad er nu over vanuit haar schaduwplekje. Ze zag haar collega's en vrienden verder trekken, gezinnen vormen, kinderen krijgen, betere banen accepteren, meer geld verdienen en minder tijd krijgen.
In de modder
En pad was 'van het padje'. Ze lag het eerste jaar in een modderige greppel, uitgerangeerd, op een zijspoor beland. Voor een pad niet ongenaam zou je zeggen. Maar padje was het vermogen kwijt om nog ergens van te genieten. Alles was zwart, niets smaakte nog of naar karton, ze kon geen geuren meer onderscheiden, geen gezelschap verdragen en zelfs de tv was te veel. Zo erg was het dus eigenlijk niet dat weinig vrienden haar gezelschap nog zagen zitten. En pad zelf deed ook geen moeite om diegenen die nog wel moeite deden te 'belonen' voor hun trouw. En ach, zeg nou zelf, wie wil er nou naast een pad in bed liggen, met haar wrattige, weinig aaibare huid, uitpuilende ogen en witte buik. Brrrr.
Gewoon mens
En ook dat trok haar zo aan in verwarde cavia. Cavia was zo aaibaar. Ze had collega's en vrienden en ook al was lang niet alles rozengeur en maneschijn, het maakt verwarde cavia zo menselijk. En dat was nu net de grote wens van padje. Gewoon mens zijn, met een beetje leuk werk, een paar goede vrienden, af en toe eens met vakantie en een aardig huisje om naar te verlangen op reis. Ze was ooit mens geweest, maar nu 'van het padje', op een zijspoor, toeschouwer van leven van anderen. Een homp bruin vlees met wratten en oranje uitpuilende ogen. Niet zo gek dat ze pleinvrees had, depresisief was en het liefst in het duister verbleef.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten